Geloof

Geloof jij?

De eerste keer dat die vraag gesteld is, zal tijdens mijn middelbare schooltijd geweest zijn. Over van alles filosoferen – of verhitte discussies voeren was een heerlijke bezigheid: geloof, politiek, maatschappij. Het antwoord zal in die tijd geweest zijn dat ik het niet wist. Ik voelde wel dat er iets in zat, maar wat er allemaal uit naam van het geloof gedaan is – dat kon ik toch niet zo rijmen.

Toen ik net op mezelf woonde, kwam een jonge ouderling aan de deur, met dezelfde vraag. Ik worstelde nog steeds met mezelf, dus opnieuw had ik geen antwoord. Wilde ik me dan laten uitschrijven uit de kerk? Dat vond ik weer erg definitief – daarover wilde ik pas een besluit nemen als ik mijn antwoord gevonden had. De vraag was of ik in dat geval wel een bijdrage wilde leveren. Een lidmaatschap brengt kosten met zich mee. Dat snapte ik: als je lid bent van een club, betaal je contributie.

De dagen voor het overlijden van mijn opa, zag ik de kracht van geloof. Ik voelde het effect dat de aanwezigheid van de dominee en zijn woorden had op mijn oma en opa, zelfs al lag hij in coma. Wat mooi om zo te kunnen geloven – zou ik dat ooit kunnen?

In mijn jaren in Rotterdam heb ik het aan den lijve ondervonden. Het was een pittige klus waarin ik was begonnen. Een samenwerking liep vast, maar net toen ik het niet meer zag zitten, kwam er hulp uit onverwachte hoek. Achteraf blijkt zelfs dat ik Steef toen voor de eerste keer heb gezien. Hij wist me te raken, te inspireren om verder te gaan.

Vertrouwen op de kracht van geloof is in onze relatie altijd sterk aanwezig geweest. Hierdoor wist ik zeker dat ik ook in de kerk wilde trouwen. Een obstakel, want geloof en kerk zijn voor mij twee verschillende dingen. Daarbij hadden we ook nog verschillende lettertjes achter onze naam staan. Ook deze hobbel is genomen: een vriend van mijn vader heeft ons getrouwd, in de Zeister kerk.

Ik heb een kinderlijk geloof. Het kindergebedje ‘God die alles maakte’ en ‘Dank U’ geven er nog het beste in woorden uitdrukking aan. Voor mij is het vooral een inwendig weten, een kracht die ik voel. Kan voelen. De trouwbeloftes waren een uitzoekerij: ik wilde niets beloven waar ik niet achter stond, geen loze woorden voor mij. We hebben iets moois gevonden en er een mooie bijeenkomst van gemaakt.

Daarna zijn we toch weer eens wat vaker in een kerk gaan kijken. Na wat mooie ervaringen zijn we daar toch weer mee gestopt. Als kerk en sexueel misbruik bij elkaar komen gaan bij mij alle luiken dicht. Na de geboorte van dochter was er dus opnieuw een hobbel, want we wilden haar wel laten dopen. Pastor Broerse wilde ons verhaal aanhoren en haalde de hobbels weg. Nog voor de vakantie is ze gedoopt, zodat ze ook nog in mijn doopjurk paste.

Geloof ik? Ik weet. Ik kan niet altijd voelen dat ik het weet, omdat ik mijn rationele, analytische kant heel sterk ontwikkeld heb. Maar dan weet ik dat ik het weet, weet dat ik in mijn hoofd zit en gewoon weer de weg naar mijn hart moet nemen. En wat eens een wildspoor was, is nu langzaamaan een paadje aan het worden.

De liefde tussen mijn oma en opa, de rust in hun huis, hun gastvrijheid, hun grote hart en de kracht van hun geloof is voor mij altijd een rustpunt geweest, een lichtend voorbeeld. Zo wil ik het ook. Op naar de 50 jaar!

 

Leave a comment